Erflaters van onze beschaving deel 5: Vroeg-moderne tijd
De zeventiende eeuw was onze Gouden Eeuw, de eeuw van de trotse Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, van opkomend burgerdom en van handel als bron en voedingsbodem van welvaart en cultuur. Maar tegelijk was het ook de Grand Siècle, de eeuw van de Zonnekoning, Lodewijk XIV, met de schaamteloos-uitbundige absolute monarchie als motor van een bloeiende cultuur en literatuur. Het was ook een eeuw van, vaak extreem bloedige, conflicten. Conflicten tussen landen en landjes, en tussen het oude en het nieuwe christendom. De Reformatie zette zich krachtig door; er ontstonden vele stromingen, én zijstromingen. Het gespierde antwoord van de oude kerk hierop was de Contrareformatie, de katholieke tegenbeweging die zich energiek liet gelden, ook in de kunst: overmaat, weelde, drama, krullen en rondingen versus de ‘kale’ beginselen van het protestantisme.
In de zeventiende eeuw kwam ook het denken duchtig in beweging: het denken over het denken, over hoe kennis tot stand komt, over God, over de wereld, over natuurverschijnselen, over de ideale staatsinrichting, over het recht, de basis van wetten en zo verder.
In dit cursusonderdeel van de Erflaters zal de 17e eeuw belicht worden aan de hand van grote namen: onze ruimdenkende en scherpzinnige landgenoot Hugo de Groot en Lodewijk de XIV, het ‘image vivante de Dieu’. En dan Bernini met zijn exuberant-dynamische beelden en de meester-schilders van het licht – én van het donker: Caravaggio en Rembrandt.
In de 17e eeuw is de imitatio van de klassieken nog in volle zomerbloei: in het literatuurdeel van deze cursus zal dit geïllustreerd worden aan de hand van Jean Racine’s tragedie Phèdre en John Milton’s epos Paradise Lost met zijn fascinerende Satan.
Aan de hand van René Descartes, de man van de radicale twijfel, en John Locke, de radicale verdediger van het empirisme, zal het 17e eeuws wijsgerig domein worden benaderd.
In de muziek ontstond in de 17e eeuw de Secunda Prattica. Dat klinkt heel onschuldig, maar het was een aardverschuiving. Claudio Monteverdi verving de oude praktijk van polyfonie met gelijkwaardige stemmen door een hiërarchisch patroon: één stem krijgt de melodie. De Secunda Prattica past wonderwel bij de eisen van een nieuw genre, de opera. Verder zal in deze cursus de briljante violist-componist Corelli aan de orde komen; hij zou de voetstappen planten waarin Bach en Händel konden volgen.
Deze cursus geeft geen droge synopsis van de 17e eeuw, maar biedt impressies, reikt bouwstenen aan, nodigt u uit om zelf verbanden te leggen.