Heeft u ooit gewandeld langs de oevers van de Oermaas in het Vijlener Bos? Of geologische orgelpijpen bekeken in de hellingen van het Schiepers Bos? Misschien eens gezocht naar Sterrenstenen of resten van inktvissen gevonden op het Belemnieten Kerkhof? Of geproefd van geologische toverballetjes op het Eiland van Ubachsberg?
Deze onderwerpen en nog veel meer geologische wetenswaardigheden komen aan bod in deze cursus over het ontstaan van het Limburgse Landschap. Het programma gaat uit van het landschap dat de geïnteresseerde wandelaar aantreft bij uitzichtpunten en kleine landschapselementen. Bijzondere aandacht is er voor de ‘geologische vensters’, plekken waar de ondergrond goed zichtbaar is zoals oude groeves of holle wegen. Wandelingen vormen ook de basis voor het cursusprogramma. Wat kom je tegen op de mooiste wandelroutes van Limburg? Welke punten moet je vooral niet overslaan en wat betekenen toch al die geologische termen op de instructieve borden van het IKL?
Bij de cursus wordt veelvuldig gebruik gemaakt van illustratieve foto’s, kaartfragmenten en tekeningen.
Programma
1) Breuklijnen, bruinkool en zilverzand uit het Tertiair.
Een heel lange en spannende periode in de Zuid-Limburgse ontstaansgeschiedenis waarin het landschap voor de laatste keer onder zeeniveau verdween. Er ontstaat zilverzand en bruinkool, grondstoffen waarvan de winning leidt tot enorme ingrepen in het landschap. Door de opheffing van de Ardennen en daling van de Noordzee begint Limburg te breken en te scheuren, een belangrijke factor bij het ontstaan van het markante landschap.
2) Op zoek naar ‘sterrenstenen’ en de sporen van de Oostmaas.
Tijdens de ijstijden, lang voordat de beekjes hun dalen hebben uitgesleten, stroomt de Maas over heel Zuid-Limburg, eerst in het oosten en later in westen. Het huidige landschap krijgt steeds meer vorm vooral door de vorming van plateaus en Maasterrassen. Waar en hoe kunnen we de resten van de Oostmaas nog zien en welke invloed heeft dat op de landschapsvorming?
3) De zeven bronnen van Holset
De definitieve vorming van het Zuid-Limburgse landschap vindt plaats aan het einde van de IJstijden. Er ontstaan van beekdalen en droogdalen, holle wegen en graften. Hoe ontwikkelt zich de begroeiing en welke rol speelt de mens in de vorming van het Heuvelland ?
Excursiedag : Thema Zilverzand, Maasterrassen en Beekdalen
In aansluiting op de lessen is er een dagexcursie waarbij enkele markante punten uit de behandelde thema’s bezocht worden. Hierbij geven we een aantal opties voor wandelroutes met een hoge landschapseducatieve waarde.